zondag 16 september 2012

Anna Coogan - De wind in de zeilen

Anna Coogan - De wind in de zeilen

Anna CooganMet “The Wasted Ocean” staat Anna Coogan voor de derde achtereenvolgende maand in de Euro Americana Chart. Ze staat momenteel eveneens op het punt om voet aan wal te zetten in Nederland. Samen met de weergaloze gitarist Daniele Fiaschi zal zij onder meer te bewonderen zijn op het Roepaen Festival 2011. Niet zo vreemd dat je rustig mag zeggen dat ze op dit moment de wind in de zeilen heeft.
Vorig jaar had ik reeds het voorrecht om haar te mogen interviewen. Ze is namelijk zo open als de zee kan zijn. Geen obstakels waarachter zij zich liever schuil houdt. 
Nee, niets van dat alles. Gewoon eerlijk, ontwapenend en open. En wat kun je als interviewer dan nog meer wensen? Niets, zeker als “The Wasted Ocean” ook nog eens een bijzonder mooie plaat blijkt te zijn. Tijd daarom om het ruime sop te kiezen en het woord te laten aan 
Anna Coogan.

Anna, hoe voelt het aan om als ware nu weer eens in de huid van anderen te kruipen en hun emoties te beleven in plaats van het benoemen en bezingen van je eigen emoties zoals je op “The Nocturnal Amongst Us” hebt gedaan?
Het was een avontuur om vanuit een ander te schrijven, bijvoorbeeld de achtergebleven vrouw in “Come ashore, Love”. We zijn allemaal wel eens op een moment alleen gelaten, toch? Maar voor één keer kon ik eindelijk eens sommige van mijn emoties ter zijde schuiven en gewoon een simpel liefdesliedje schrijven en een klein beetje minder “gecodeerd” dan laat ik zeggen “So Long Summertime”, waarin ieder woord een persoonlijke betekenis heeft. Het maakte het schrijven van de songs, in vele opzichten, een stuk leuker om te doen. 
(opm: In “So Long Summertime” vertelt Anna over het misbruik van een aantal van haar teammaten van het kayakteam door een begeleider, de daaropvolgende zelfmoord van één van hen en de manier waarop zij daarmee is omgegaan.) 
Maar net zoals bij de meeste singer-songwriters, zitten mijn emoties nog altijd verpakt in de meeste nummers, maar wellicht wat minder nadrukkelijk. Nummers als “A little less each day” en “Streamers” hebben direct betrekking op mij in de situatie dat ik al starend over de oceaan, aan welke kant ik ook sta, de mensen mis die ik heb achtergelaten. “Come the wind, come the rain” is meer een traditioneel nummer. Ik ben er op een ochtend vroeg voor gaan zitten en heb dit toen geschreven terwijl ik veel dacht aan “die laatste storm”, “het einde” maar dankbaar zijnde dat ik het nooit heb hoeven te ervaren…! “The sons will join their fathers” is ook meer een “storysong”. Het is een echte mix.

Ik kan me voorstellen dat zo’n project als “The Wasted Ocean” er één is geweest van vallen en opstaan. Kun je een beetje van dat proces beschrijven?
Ik heb nooit eerder een plaat gemaakt zoals op de manier waarop ik deze heb gemaakt. Normaal gesproken schrijf ik de liedjes over een periode van een paar jaar, boek een aantal maanden van tevoren een studio en neem ruim de tijd om fondsen te werven en de release voor te bereiden. Deze was van “Bam, bam, bam”: ik kwam terug van Europa en in een periode van één maand boekte ik de volledige studiotijd, schreef ik alle nummers, deed de volledige fondsenwerving en vond een ontwerper. In principe gebeurde dat allemaal in een paar weken tijd. Ik had een deadline, een promotietoer in oktober, dus ik had ook geen enkele speelruimte.
Ik dacht dat het zomaar een drama zou kunnen worden -  ik acteer namelijk zelden goed wanneer ik onder ook maar enige soort van druk sta – maar uiteindelijk bleek het een erg leuke ervaring. Evan Brubaker, de producer van de cd, heeft een magische techniek om de inkt uit je pen te laten vloeien. Je stuurt hem ieder klein ideetje dat je maar hebt kunnen verzinnen en hij wil “meer”, maar aan de andere kant is hij ook erg bemoedigend. Zijn gehoor is onberispelijk.
Ik schreef elke dag. Ik was erg gefocust en besteedde veel tijd aan luisteren. Ik heb nog nooit zoveel tijd met mijn gitaar door gebracht als toen. De gehele dag, iedere dag begon ik vroeg in de morgen en nam alleen een pauze om de hond uit te laten of om te eten. Een heleboel nummers werden in delen opgeofferd en werden herboren als een nieuwe song. Ik heb nooit in mijn leven  op die manier de tijd gehad: een maand waarin ik niets anders deed dan luisteren, schrijven en muziek leren. Het was echt droomachtig.     

Wat spreekt je zo aan in zeeliederen en shanty’s? 
Ik ben opgegroeid met het luisteren naar zee shanty’s toen ik erg klein was. De eerste band waarop ik hopeloos verliefd was, zelfs voor The Beatles, was een band uit Maine genaamd “Schooner Fare”. Ze speelden alle klassiekers: “Farewell to Nova Scotia”, “Fiddlers green”, “The Mary Ellen Carter” en ook nog een stel originals. Van de muziek van Gordon Bok kan ik nog steeds tranen in mijn ogen krijgen. In principe bepaalde het voor een groot deel mijn jeugd maar ik heb nooit gedacht dat ik deze liedjes nog eens zou terugvinden op een album omdat ik in principe niet de juiste stem er voor vond.  
Het was eigenlijk mijn zuster Lina die me heeft aangemoedigd om de zee shanty’s te gaan zingen. Lang nadat ik was overgestapt op andere genres was Lina nog steeds naar de shanty’s aan het luisteren en moedigde zij mij aan om die te coveren. Toen ik me een aantal jaren geleden verdiepte in “fisheries biology” en ik meer en meer tijd spendeerde in boten en afgelegen vissersgemeenschappen begon het allemaal op zijn plaats te vallen. Ik had uiteindelijk het muzikale vertrouwen gekregen om het genre te tackelen. 

Anna CooganIn ons vorig interview gaf je al aan dat de LP van Phil Ochs, “Pleasures of the harbor”, een speciale plaats heeft ingenomen in je jeugd. Je hebt van die plaat op “The Wasted Ocean” een versie van “The Crucifixion” gezet. Waarom raakt “Pleasures of the harbor” je zo en in het bijzonder “The Crucifixion” en wat zei je vader tegen je toen hij hoorde dat je een nummer van “zijn Phil Ochs LP” ging opnemen?
Phil Ochs was de eerste songschrijver, naast Lennon en McCartney, waarop ik muzikaal verliefd werd. Paul McCartney was een ernstige tienerverliefdheid, “heftig” natuurlijk en het ging meer hoe hij er in 1963 uitzag dan om de muziek. “Pleasures of the harbor” is intens, “out of key”, vrij moeilijk om naar te luisteren en één van mijn meest favoriete platen die ik ken. Ik ben gestopt om de muziek te delen met vrienden omdat ik in high school mijn beste vriendin een cassette gaf met verschillende Phil Ochs liedjes en zij  jaren later daar nog om moet lachen. Ik heb nooit gedacht dat ik ooit iemand zou vinden die de muziek zou begrijpen maar het lijkt er op dat hij op dit moment wordt herontdekt. 
“The Crucifixtion” gaat over de moorden op John F. Kennedy, Robert F. Kennedy en Martin Luther King. Mijn vader heeft een groot deel van zijn leven geweid om de waarheid boven water te krijgen met betrekking tot de moord op Kennedy. Hij zat een groot deel van mijn jeugd gevangen in zijn studie, schreef een boek over het onderwerp en stopte op een gegeven dag er heel abrupt mee en zover ik weet heeft hij er niet meer naar omgekeken. Het is voor mij een soort mysterie wat er is gebeurd, ik denk dat ik het gewoon eens moet vragen. Maar ons huis loopt over van de boeken over het leven en de dood van Kennedy en 22 augustus, de dag waarop hij is vermoord, heeft altijd in ons huis rondgewaard. Dit nummer is opgedragen aan mijn vader en zijn nooit aflatende zoektocht naar de waarheid. 
Voor mij is “The Crucifixtion” de zoektocht naar de waarheid  en het vermogen van de maatschappij om goede mensen te verpletteren en ze te doen omturnen tot leugenaars. De beelden die dit nummer opwerpen hebben me altijd aan de grond genageld doen staan: “the circle studded sky”, “Saliva falling from their smiles”, “The cross is trembling with desire”, wat een geweldige schrijfkunst. Ik heb jaren geprobeerd ook zoiets te schrijven maar ik heb het toch maar opgegeven en heb uiteindelijk het origineel gezongen. Dit tot ergernis van mijn producer die er iets goeds van moest maken! Het nummer kent vele lagen dus kreeg Evan Brubaker, de producer, deze moeilijke taak voor zijn kiezen. Ik hou van het resultaat.

Anna, “Life in a peaceful new world” heb je geschreven op 9/11/2010. Als ik niet van die datum geweten had dan had ik vermoed dat het nummer, gelet op de titel, wellicht een ironische ondertoon zou hebben. 
Nu spreekt uit de tekst vooral de wens om, hoe onmogelijk dat misschien ook is, een ideale samenleving te verwezenlijken en spoor je, als ik het goed begrijp, mensen om je heen aan om, vooral samen, doelen te bereiken zoals je in de tekst “Won’t you hold us and help us / and walk with us softly / and give us the strenght to keep up your fight” hebt verwoord. 
Wat voor een invloed heeft 9/11 op jou en in het bijzonder op dit nummer gehad? 
In mijn jeugd heb ik een hoop futuristische dystopische boeken gelezen, zoals boeken van Orwell en Huxley en ik ben altijd verscheurd geweest tussen een diepe liefde voor het heden en de aanhoudende angst wat er in de toekomst kan gebeuren. Toen 9/11 plaatsvond was het zoiets als “ok, hier gaan we…, de goede tijden zijn voorbij…zet je schrap”. Ik kan mij herinneren dat mijn vader, die vaak werkte in de Twin Towers voor het havenbedrijf, me heeft opgebeld en heeft gezegd: “ik weet niet wat er gaat gebeuren maar alles zal van nu af aan anders zijn.” Tien jaar later is het ook zo.  
Ik was thuis aan het oefenen op de negende gedenkdag van 9/11 toen enkele Jehova getuigen langskwamen. Een klein meisje gaf mij een boekje, dat ik nog steeds ergens heb liggen, getiteld “Life in a Peaceful New World”. Op de cover was een lieflijke en misschien vreemde afbeelding te zien, biologen zouden het wellicht een “charismatische mega fauna” noemen: dansende mensen van verschillende rassen tezamen met beren en leeuwen en dergelijke in een prachtige bergachtige omgeving. Aan de binnenkant stonden een aantal quoten van de bijbel vermeld en argumenten om me bij hun kerk aan te sluiten. Ik ben niet heel erg geïnteresseerd om me aan te sluiten bij wat voor een kerk dan ook maar sommige prenten uit de Bijbel waren echt mooi. Ik heb nu eenmaal een zwak voor mooie afbeeldingen! Op de gedenkdag van 9/11, toen alles zo anders was en daarentegen ook weer niet, heb ik dit lied geschreven hetgeen in de basis een klein gebed is voor iets beters in de wereld: “can you give us just a little guidance right now?” Er zit geen ironie in dit nummer. 

Ik kan niet om het prachtige “A little less Each Day” heen of zoals je het zelf noemt “The drama of longing”. Het verlangen hier is zo pijnlijk omdat een liefde niet wordt beantwoord. Uit je laatste regels “I miss you / I want you / I love you / A little less each day…” spreekt berusting en het beeld wordt geschapen dat tijd alle wonden heelt. Dat tijd alle wonden zal helen wordt vaak gezegd maar tussen helen en bepaalde zaken een plaats geven zit, naar mijn mening, een groot verschil. “The Nocturnal…” vind ik bijvoorbeeld een bewijs dat sommige zaken niet helen maar dat je ze wel een plaats kunt geven. Hoe kijk jij tegen dat verschil aan en hoe zie je dat in de context tot de pijn zoals je die beschrijft in “A little less each day”?
“A Little Less Each Day” is een lied dat gaat over de aanhoudende gevoelens die je eigenlijk niet meer mag hebben, een lied dat gaat over het verlangen dat je overdag naast je neer kunt leggen maar dat wel eens de kop op steekt in de midden van de nacht… Soms wil je gewoon weten dat die andere persoon, wie dat ook mag zijn, dood of levend, zo af en toe aan je denkt. Je zou je beter voelen als je zou weten dat diegene nog niet helemaal verder is gegaan met zijn leven. In eerste instantie dacht ik dat het nummer niet zou passen in het thema van het album maar toen het project begon te vorderen viel het op zijn plaats. Hoeveel mensen hebben niet hun oude levens achter zich gelaten toen ze Oceaan overstaken? Hoeveel reizen, fysiek en emotioneel, eindigen niet met iemand die terugkijkt, jaloers omziend naar een oude liefde? Dit soort nummers (en vragen in een interview!) zijn riskant om te schrijven als je gelukkig bent getrouwd maar kom op…iedereen heeft dat toch wel eens meegemaakt, niet?    

Anna CooganOp de bühne lijk je altijd heel zeker van jezelf hoewel je me wel eens hebt verteld dat dit zeker niet altijd het geval is. Hoe zorg je ervoor dat de spanning in die gevallen niet de overhand krijgt? 
Wow…Plankenkoorts is iets heel erg vreemds en erg onvoorspelbaar. Soms voelt het aan dat ik met de jaren steeds nerveuzer wordt! Af en toe zijn er gewoon heel veel verwachtingen van een publiek, hetgeen je kunt voelen en dan kun je er een hele tijd mee bezig zijn of je überhaupt aan die verwachtingen kunt voldoen. En dat gaat nooit goed… Ik denk dat het ook begrijpelijk is: in het begin zit je gewoon met je gitaar in de hoek van een coffeeshop en er is eigenlijk niemand die het interesseert hoe het gaat. Als je later grotere optredens gaat geven krijg je een publiek dat naar JOU komt kijken en zijn er agenten, promotors en andere mensen die het wel DEGELIJK interesseert hoe het optreden verloopt. De oplossing is om je niet gek te laten maken en alles stap voor stap te doen. Daaraan moet ik nog werken.
Soms speel je één liedje en dan WEET je gewoon dat het een geweldige show zal worden en dat er maar heel erg weinig is dat daar verandering in kan brengen. Je accepteert dan gewoon eventuele problemen met het geluid, zatlappen in het publiek of dat je teksten vergeet. En een andere keer is het gewoon het tegenovergestelde: je raakt langzamerhand je rust kwijt, het wordt met ieder liedje steeds moeilijker en het wordt een echte “mind f**k”. Ik denk, en ik hoop…, dat de meeste artiesten met dit probleem worstelen. 
Met iedere show die ik doe leer ik om te gaan met spanning en stress. Het helpt om verschillende bijzondere optredens in je rugzak te hebben. Zo heb ik gespeeld in een mortuarium, op bruiloften, bij gelegenheden die je zonder enige twijfel cult-status kunt toerekenen, in een gevangenis en één keer, recentelijk nog, in een huiveringwekkende sessie van iets genaamd “Chat Roulette.”  Er is heel wat nodig om mij af te schrikken. Als zaken moeizaam verlopen, denk ik nu altijd terug aan mijn Chat Roulette ervaring (met een mannelijk geslachtsorgaan in een vage kroeg in Californië) en bedenk: “Ach, ZO erg is het nou ook weer niet…”) 

Je gaat in oktober weer in Nederland en Duitsland toeren, samen met de Italiaanse Daniele Fiaschi. In mijn review van “The Wasted Ocean” heb ik al aangegeven dat zijn spel me diep kan raken. Ik vind dat hij jou erg goed aanvoelt en aanvult. Hoe bereiden jullie je voor op zo’n tour (en dat heb ik het met name over de invulling van de songs)? 
Onze toer voorbereidingen deze dagen omvatten erg veel skyping. Heel en heel erg veel logistieke afspraken: “Kun je die en die datum?” “Kun je die dag vroeg vliegen?” Eigenlijk spelen we niet erg veel samen tot aan ons eerste optreden. Ik wou dat het anders was! Daarnaast is er de taalbarrière voor ons waardoor er snel verwarring kan ontstaan. Steeds als ik de nuance in een nummer wil aanstippen is de verwarring compleet. Dus is het maar het beste dat we het simpel houden. Het eerste optreden is altijd een avontuur maar we krijgen het van daaruit wel samen op de rails… Ik kijk er echt naar uit om weer met Dani te spelen!  

(Ed Muitjens en Linda Smits)

Geen opmerkingen: